Nieuwe Onderwijsbekostiging van Geesteswetenschappen (Deel 2, Voorstel)

March 3rd, 2015

Wat nu te doen met de alfa’s?
Ik bespreek nog een laatste veelgehoorde bezwaar jegens de geesteswetenschappen voordat ik met een voorstel kom: ‘maar de geesteswetenschappen zijn toch niet voor iedereen en maar slechts voor kleine elitaire groepen die zich deze vrijheid kunnen veroorloven?’ Incorrect. Zelfs als ze klein zijn, zijn het niet per se vol met rijkeluiskinderen. Omgekeerd juist, de geesteswetenschappen zijn nog nooit voor zoveel mensen toegankelijk geweest als nu en dat dreigt nu terug te vallen tot een elitestudie. En als de gewone student geen Deens studeert is het maar omdat de overheid hem bang heeft gemaakt over zijn toekomst en zijn passie. De geesteswetenschappen moeten een stap verder worden gebracht in het democratiseringsproces: ze moeten toegankelijk worden voor iedereen die klaar is verder een proces aan te gaan van menselijke en geestelijke ontwikkeling.

Verdere democratisering is geen gevaar voor de hoge academische kwaliteit van de opleidingen; de geesteswetenschappelijke opleidingen moeten nog steeds hoge eisen stellen aan de studenten en dat kunnen ze doen als de overheid er niet op aandringt dat ze haalbare opleidingen moeten ontwerpen. Goede begeleiding en betrokkenheid van studenten en docenten zorgt voor tijdig afstuderen en niet het vergemakkelijken van toetsen en verschralen van leerdoelstellingen. Het hoge niveau van de opleidingen zullen voor self-selection zorgen: je kiest voor een geesteswetenschappelijke opleiding als je dat echt wilt en kunt, niet als je een carrière wilt of genoeg geld hebt.

Geef zekerheid en ontvang schoonheid
Het voorgaande brengt mij tot het volgende voorstel. Bekostig geesteswetenschappelijke opleidingen anders dan de opleidingen van andere faculteiten die volgens het huidige stelsel redelijk of goed kunnen functioneren. (Zeker wil ik het niet uitsluiten dat andere faculteiten ook financiële veiligheid verdienen. Het is goed om te luisteren of die ook hervormingen van het bekostigingsmodel willen zien.) Faculteiten geesteswetenschappen, die al sterk onderwijsgericht zijn, krijgen een vaste, op input gerichte, basisfinanciering vanuit de ministerie op basis van een goede student-docent ratio. Dit komt neer op niets meer of minder dan de verduurzaamde uitvoering van het advies van commisie-Cohen, Duurzame Geesteswetenschappen. Binnen dit fundamenteel raamwerk kunnen de details van wet en beleid worden uitgewerkt.

Hun onderzoeksbekostiging kan hetzelfde blijven functioneren als de rest, of los van het onderwijs worden aangepakt. Kwaliteit wordt bewaakt door kwaliteitsindicatoren voor Geesteswetenschappen van KNAW. Kwantitatieve prikkels en financiële voorwaarden worden tot een minimum gebracht. De overheid geeft hiermee blijk van vertrouwen in de kwaliteit, ernst, betrokkenheid en inhoudelijkheid van de geesteswetenschappen.

De geesteswetenschappen vormen een aanvulling op, en geen concurrentie voor vakgerichte opleidingen. Ze kunnen dan ook een goed aantal minors organiseren voor studenten uit andere faculteiten en toegankelijk contractonderwijs bieden voor de academische ontwikkeling van een grotere groep burgers. Andersom organiseren alfa, gamma en wellicht medische faculteiten minors voor studenten geesteswetenschappen om verder een koppeling tussen soorten kennis te bevorderen. Zulke interdisciplinariteit is onmisbaar in een tijd waarin maatschappelijke problemen als klimaatverandering, economische transitie en internationale verhoudingen zowel natuur-technische als wel sociale en geestelijke uitdagingen bieden. Goede voorbeelden zijn al te vinden in opleidingen als Future Planet Studies en Europese Studies aan de UvA, Liberal Arts & Sciences aan de UU, of Industrial Ecology aan Delft, Leiden en Erasmus,

Het principe voor dit alles is dat het bevorderen van de geestelijke ontwikkeling van alle burgers, en dus ook de geesteswetenschappen, de overheid dichterbij diens doelen brengt dan het intomen van vrijheden omwille van dezelfde doelen via economisch-kwantitatieve imperatief. De metafoor hiervoor: de pijl recht naar het doel gericht zal op de grond belanden, de pijl omhoog gericht kan het doel raken.

– Over de schrijver:
Nima is student geweest aan drie Utrechtse faculteiten. Hij was actief in studenteninspraak en studentenactivisme. Hij is promovendus geweest aan de Radboud Universiteit Nijmegen. Nima heeft geen affiliatie met politieke partijen of politiek actieve groepen. Hij draagt de toekomst van de wetenschappen in Nederland en daarbuiten een warm hart toe.

 

Leave a comment